Aankomst in Bolivia, Cocabladeren en Armoede - Reisverslag uit Villazón, Bolivia van Nias Buisman - WaarBenJij.nu Aankomst in Bolivia, Cocabladeren en Armoede - Reisverslag uit Villazón, Bolivia van Nias Buisman - WaarBenJij.nu

Aankomst in Bolivia, Cocabladeren en Armoede

Door: Nias

Blijf op de hoogte en volg Nias

20 Juli 2007 | Bolivia, Villazón

Buenas Noches,

Ten eerste moet ik vertellen dat ik deze brief nu schrijf vanuit een internetcafe in Bolivia, om precies te zijn 50 computers met evenveel Bolivianen met ieder een andere muzieksmaak, en iedere Boliviaan laat zijn lievelingsmuziek uit de computer schallen.
Ik ga me erg goed concentreren op wat ik ga schrijven, omdat ik weet dat jullie willen weten waar ik nu ben. nu, wat ik nu doe. nu, en wat ik nu ga doen, nu.

Ik ben gisteren aangekomen in Bolivia, in de grensplaats Villazon. Wat een gigantisch verschil met Argentinie, ik ging de grens over in het plaatsje La Quiaca, de laatste Argentijnse stad en vanaf daar was het een kilometer lopen naar Villazon in Bolivia. Overal op de straat lagen de kinderen te doppelen en te kaarten, kleine jongetjes aten oranje manderijnen uit zwrte handen. Iets oudere meisjes liepen al met een kleine op hun rug. En overal waar je keek waren spullen te koop. Een grote, drukke, klere-bende markt. Wat een schock, het was de eerste keer in 7 maanden tijd dat ik me bang voelde.
Gelukkig was ik die dag in het gezelschap van drie mannen uit Argentinie, die zulke taferelen wel kenden.

Hoe ik was aangekomen in deze volkomen andere wereld:
Ik had s´ochtends een bus genomen van Humahuaca naar La Quiaca. Het zijn al weer drie weken geleden dat ik mijn familie verliet in Buenos Aires en ik heb alweer zoveel gezien. Zoveel mensen ontmoet en zoveel nieuwe vrienden gemaakt. Er gaat eigenlijk geen enkele dag voorbij dat ik niet iemands emailadres krijg. Bijvoorbeeld op de reis naar La Quiaca zat ik in de bus met drie jongens uit Entrerios een gemeente in Argentinie boven Buenos Aires Capital. Ik was een van hun de vorige dag ookal tegen gekomen op de top van een berg, in het bergstadje Iruya. Het was een dagtour.
s´Ochtends werden we door een bus dwars de bergen van de Andes geloodsd. Over gevaarlijk kleine weggetjes, beijste bergpasjes en over gammele bruggetjes boveb metersdiepe ravijnen. Veel van de oudere toeristen waren bij het uitstapppen net zo wit als de mooie gerestaureerde huisjes van Iruya. Iruya is een van de enige berstadjes die toegang geeft aan de toeristen. Er is een busmaatschappij die twee keer in de ochtend rijdt. Van al de stadjes die ik gezien heb in al maanden reizen in Argentinie was dit toch wel de meest indrukwekkend, terwijl ik een week daarvoor naar Cafayate en Cachi was geweest. Deze twee staan erg hoog aangeschreven op de toeristenlijst van Argentinie. Toch was Iruya het meest inheems en Incaans. Overal kleine straatjes die wel in een hoek van 45 graden leken te stijgen en te dalen, over gladde, zwarte kiezels ter grootte van een babyfietszadels. (door alle herrie in dit internetcafe is een klein zwartzadel het enige waarmee ik de straatstenen kan vergelijken)
In dit stadje, op een hoogte van 2670 meter, was alles aanwezig. Een kleine supermarkt, een klein schooltje, minibarren en restauranten voor 5 personen. Al deze winkels, huizen, scholen en kerkjes worden omringt door metershoge bertoppen. In alle kleuren, van groen tot blauw en van lichtblauw naar donkerrood. Het was een bijna onecht tafareel. Het leek bijna een hemelsschilderij, of zo´n Japanse sprookjestekening, misschien was het ook wel de eerste dagen van de hoogte.
Toen we terug reden begon het me inderdaad behoorlijk te zweven, de bus reedt zijn terugreiz met een nog hogere snelheid, stopte niet voor tegenliggers en overstekende berglama´s. NA een halve achtbaan van ruim drie uur kwamen we weer terug in Humahuaca. Toen ik terugliep door het stadje kwam er een oud vrouwetje van rond de 100 naar me toegeschuivelt. Ik keek naar beneden en toen werd me een zakje aan me verkocht met cocabladeren, ik had hier al eerder over gelezen. En in een van deze artikelen op het internet vertelden ze dat deze bladeren niet alleen verhelpend waren tegen honger, vermoeidheid en hoogteziekte...maar dat deze kleine bladeren ook een grote historie hebben. Dat vroeger de Inca´s en de andere inheemse deze bladeren kauwden om hun dagelijkse harde werk te verlichten, netzoals de arme mensen in Kenia Cat gebruiken.
Ik heb dus ook een zakje gekocht, het gebruik er van was me al duidelijk geworden, je stopt een grote handvol bladeren in een keer in je mond en begint te kauwen. Vandaar dat alle mensen zo´n belachelijke grote wang hebben.
Nu ben ik in Bolivia en lijkt het gebruik drastisch toegenomen te zijn onder de bevolking, de zakjes zijn niet meer te koop in kleine hoeveelheden, alleen nog maar in Kilo´s. Sommige straatventers kunnen je geen eens vertellen hoeveel een Incamuts kost.

Ik ben nu in Bolivia een van de twee armste landen van Zuid-Amerika (Paraguiay) is de ander. Ik heb nu bijna zo´n 7 maanden geleefd in Argentinie, een prachtig land, wat voor een Nederlander erg arm en ongestructureerd aanvoelt, maar gisteren is me duidelijk geworden dat alles nog veel erger kan. Ik heb vanochtend een ticket gekocht naar Potosi, de hoogste stad van Zuid-Amerika. En vanaf daar kan ik de zilvermijnen gaan bezoeken. Misschien ook nog naar s´werelds grootste zoutmeren in Uyuni en vanaf daar naar de steden Cochabamba en La Paz. Het laatste verblijf in Bolivia moet het Titicacameer worden, vanaf dat meer steek ik over door naar Peru.
Eerst moet ik nu nog een kaart van Bolivia zien te kopen, tot nu toe is dit nog nergens gelukt.

Over het eten, ze zeggen altijd dat je het eten van de straat niet mag eten in Bolivia. Gisteren tijdens mijn grote shock, dacht ik dat ik dus vanaf nu alleen nog maar in restaurants kon gaan eten. Maar toen ik daar mijn kipmaaltijd naar binnen had gewerkt besefte ik me dat de gehele hygiene gewoon onbekend is voor de Bolivianen. Dus vanmiddag heb ik vier straat snacks gegeten, gefrituurde hapjes uit een grote vetpan die stont te koken op een elektrische vuurtje.
Het smaakte erg lekker, veel beter dan de kip van gisteren.
Dus vanaf nu ga ik gewoon straateten eten en genieten van de Boliviaanse natuur.

  • 21 Juli 2007 - 14:18

    Pappa, Mamma & Sacha:

    Gelezen vanuit een internetcafe in Cognac (Frankkrijk).
    Heel erg leuk en heel veel liefs.

  • 25 Juli 2007 - 20:36

    Sander:

    heej nias!

    Ik hoorde dat je een eigen site hebt..en na lang sporen heb ik um gevonden!

    Geweldig wat je daar allemaal mee maakt!
    Maak er daar nog wat moois van en we zien je hier wel weer verschijnen @niawier.

    Gr Sander

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Nias

Ik ga voor een half jaar wonen en reizen in Argentinie. Ik ga werken op een grote boerderij met veel koeien.

Actief sinds 21 Dec. 2006
Verslag gelezen: 131
Totaal aantal bezoekers 7833

Voorgaande reizen:

26 Januari 2007 - 15 Augustus 2007

Mijn eerste reis

Landen bezocht: